Misschien herinneren de diehard Kaaskopjes het nog: De blogreeks Kaaskop Langs de Rijn waarin ik samen met jullie tegen de stroming van de Rijn reisde om bestemmingen als Rotterdam, Arnhem en het Duitse Roergebied te bezoeken. Ik vond dat stiekem wel een ontzettend leuke reeks, dus heb ik besloten om ‘m nog wat verder te trekken. Máár in dit blog zwemmen we tegen de richting in van de zijrivier van de Rijn, namelijk de Neckar. Waarom? Dat zal ik je eens vertellen met een leuke anekdote uit Tims Verhalenbundel. Lees je mee?
PS: Zo onhandig als ik ben, heb ik mijn oude telefoon per ongeluk kapot gemaakt toen ik ‘m van de trap liet vallen, maar om jullie toch wat te inspireren heb ik foto’s van anderen gebruikt (mét bronvermelding natuurlijk).
Uit Tims Verhalenbundel
“Zoals de meeste mensen weten, heb ik een tijdje in Spanje gewoond met een aantal huisgenoten. Die kwamen veelal uit Nederland, China, Japan, Brazilië, de VS en Noorwegen. Maar tijdens mijn verblijf in het zonovergoten Valencia heb ik twee Duitsers als gezellige roomies gehad. Met Conni, die uit het Duitse Heilbronn komt, heb ik altijd nog steeds een spontane en gekke vriendschap. Dus op een dag – nadat we terug uit Valencia waren – besloot ik hem eens een bezoek te brengen in Duitsland. Ik met mijn vrolijk hoofd de Duitse ICE ingestapt op weg naar Mannheim om daar (natuurlijk verkeerd) over te stappen naar Heilbronn. Nadat ik de tweede keer wél de juiste trein had gepakt, wachtte Conni mij al op het station van Heilbronn op. Hij liet me de stad zien en introduceerde me aan zijn ouders, zusje en vrienden. Wat een heerlijke en gezellige mensen in deze omgeving! Ik werd met veel liefde omarmt en sliep heerlijk in hun kelder. De volgende dag gingen we iets heel speciaals doen: We brachten – samen met Conni’s vrienden – een bezoek aan het Stuttgart Frühlingsfest. Dat is de lente-versie van het Stuttgarts Cannstatter Wasen (Oktoberfest), maar zeker niet minder mooi. We vertrokken met de trein in traditionele lederhosen en de nodige hoeveelheden aan shotjes. Voor sommigen van ons was dat misschien niet de juiste start van de dag…
Toen we daar aankwamen, gingen er werelden voor mij open. Duitsers nemen het woord ‘kermis’ misschien iets te letterlijk, want het leek alsof er een rijdend pretpark was neergestreken langs de oever van de Neckar. Enfin, we hadden kaartjes voor één van de vele biertenten met een tafel voor ons groepje. Ik dacht altijd wel een beetje affiniteit te hebben met de Duitse cultuur, maar het zien van al die gigantische literpullen bier en de grootschalige schnitzels was toch wel even iets om twee keer naar te knipperen met de oogjes. Er traden live-bandjes op – auf Deutsch – en om het half uur hoorde je de hele menigte wel zingen: “Ein Prosit, Ein Prosit, Gemütlichkeit”. Gelukkig was ik al na vier (!!!) liter bier behoorlijk lam, dus het Duits ging me goed af. Na een aantal uur de longen uit mijn lijf gezongen te hebben en een bierbuik van hier tot ginder te hebben geproduceerd, vonden Conni en zijn vrienden het tijd om een kermisattractie in te gaan. Timmetje stond braaf met de rest van zijn vrienden toe te kijken vanaf de zijkant, toen uiteindelijk Conni heel de trap van de attractie een nieuwe bekleding had gegeven. Daar zit je dan, dronken. Met mensen die je net hebt leren kennen. Zonder het nummer van Conni’s ouders. Maar gelukkig konden we uiteindelijk de ouders van Conni bereiken en hebben we hem liefdevol in bed gelegd. Uiteindelijk heb ik heerlijk met Conni’s ouders en zusje hamburgers zitten bakken en wijntjes zitten drinken op hun terras. Het was een ervaring om nooit te vergeten.”
Na dit kort intermezzo, wat iets langer bleek dan de bedoeling, heb ik jullie hopelijk kunnen vertellen waarom we de Neckar bestormen in dit blog. De Neckar is zoals ik al zei een zijrivier van de Rijn. De Neckar ontspringt in het Zwarte Woud en kronkelt vervolgens richting Stuttgart en Heilbron om uiteindelijk in Mannheim bij de Rijn te voegen. Zo radicaal als ik ben, gaan we in dit blog tegen de richting in, beginnend in het prachtige Mannheim. De stad van de verkeerde overstappen. Lees je (nogmaals) mee?
Mannheim
Vanuit de trein kon ik vooral de stad verkennen, en het zag er allemaal heel gezellig uit tijdens mijn tussenstopwandeling. De straten zijn ontworpen in schaakbordpatroon, doordat het compleet opnieuw is gebouwd na een bombardement van de tweede wereldoorlog. De naoorlogse welvaart van de stad is te danken aan de kruising van de Rijn en de Neckar waardoor er veel transport over het water kon plaatsvinden. Mannheim heeft daarom nu ook één van de grootste binnenhavens van Europa.
In Mannheim is het vooral aan te raden om het centrale Friedrichsplatz te bezoeken, maar schroom ook zeker niet om buiten het centrum te wandelen. Het vernieuwde Kunsthalle is daarnaast ontzettend leuk om te bezoeken; Dit is gelegen in een jugendstilfabriek en bestaat uit zeven tentoonstellingshallen die helemaal vol zitten met restaurants, winkels, galerijen en natuurlijk het museum zelf. Als je nog meer wilt shoppen moet je ook zeker naar Die Planken gaan waar je uit maar liefst 2500 winkels kunt kiezen. Lekker shoppen maar!
Verder is naar mijn mening een overstap van een aantal uur genoeg om Mannheim te verkennen, want hoe verder we de Neckar volgen, hoe mooier het landschap wordt. Op naar de volgende tussenstop langs de oevers van de Neckar. Ich bin soooo curiös.
Heidelberg & Heilbronn
Midden in de beboste heuvels langs de Neckar ligt het universiteitsstadje Heidelberg. Het is een aparte stad, want de Amerikanen hebben ooit deze stad als legerbasis uitgekozen waardoor er veel Amerikaanse invloeden terug te vinden zijn. Heidelberg is onsterfelijk gemaakt door bekende schrijvers en musici als Mark Twain en Sigmond Romberg.
Heidelberg is pas in de middeleeuwen gesticht, dus het is nog helemaal geen oude stad zoals steden die door de Romeinen zijn gesticht. Maar toch is Heidelberg heel belangrijk, want hier werd de eerste Duitse universiteit opgericht (1386) waardoor dit het centrum vormde voor het humanisme en protestantisme. Ik heb tijdens verschillende vakken daardoor ook veel Duitse leerlingen moeten bestuderen die aan de Universiteit van Heidelberg zijn verbonden. Dat neemt niet weg dat ik die nu alweer vergeten ben natuurlijk. Heidelberg is sinds de oprichting van zijn universiteit een kenniscentrum gebleven met veel wetenschappelijke instellingen en onderzoeksinstituten. Of het dus een plek is om als toerist eens te kijken? Dat is de vraag.
Maar het antwoord op die vraag is ja. Want bij de Kasteelruïne Schloss kun je toch wel even je hart opluchten door het fraaie complex en het waanzinnig uitzicht over Heidelberg en de Neckar. Daarnaast is er ergens in de binnenstad een onvoorstelbaar groot wijnvat te vinden, het Grosses Fass. Dat moet ook wel met al die studenten in de buurt. Door die vele studenten, waarvan er tot wel 18% buiten Duitsland komen, voelt de stad heel levendig aan. Ga daarom ook zeker eens gezellig de kroegen van het historische centrum in en verken Heidelberg tijdens de kerstmarkten of tijdens de lentebloei. Verder zijn de bruggen die zich spannen over de Neckar prachtig voor op je foto’s, vooral als je de Alte-Brücke bewandeld.
Heilbronn daarentegen is wat minder bekend dan Heidelberg, maar ik vond het een hele leuke stad om te bezoeken. Conni vertelde me ook gelijk dat het de thuisbasis was van grote bedrijven als Schwarz Group (Lidl & Kaufland), Knorr, Friesland Campina en Intersport. Net als Heidelberg is het vooral bekend als onderzoeksstad, en dat moet ook wel met het grootste onderzoekscentrum van Duitsland – het Experimenta Science Center. Hier kun je het Science Dome bezoeken waar adembenemende 360-Graden films worden gepresenteerd. En er zijn 275 interactieve tentoonstellingen die je hier kunt bezoeken. Het is een soort NEMO Amsterdam maar dan nog vele malen groter, dus zeker een aanrader voor jong en oud.
De Neckar stroomt dwars door het centrum van Heilbronn waardoor je al snel een koffietje kunt drinken langs de oevers van de rivier. Je kunt er ook heel gezellig waterfietsen of paddelen. Met de fiets sta je zo in de bossen waardoor het een fantastische uitvalsbasis is om te mountainbiken of te hiken. Vergeet ook niet de welbekende Maultaschen te eten tijdens je bezoek aan Heilbronn! Het is ook heel opvallend dat meer dan de helft van de inwoners een migratieachtergrond heeft, waardoor er heel veel verschillende eettentjes te vinden zijn. Ik vond de stad vooral heel leuk omdat het totaal niet toeristisch is en omdat ik ontdekte waar Conni het precies altijd over had als hij over ‘thuis’ vertelde. Maar de stad heeft me zeker gecharmeerd!
Iets verder in het Neckartal wordt het alleen nog interessanter, want daar wordt de rivier vergezeld door bossen, wijngaarden, kastelen, steden en dorpen. Bezoek bijvoorbeeld burchten en kastelen als Neckarsteinach, Burg Dilsberg, Burg Hirschhorn of Burg Hornberg. Bad Wimpfen wordt vaak genoemd als pareltje van het Neckartal met zijn gotische kerk.
Stuttgart & Tübingen
Voordat we Stuttgart binnenkomen, bezoeken we als tussenstop de Duitse versie van het Versailles. De koninklijke zomerresidentie Ludwigsburg is namelijk ontzettend mooi vanwaar je een prachtig uitzicht hebt op de gehele omgeving.
In tegenstellig tot de vorige steden langs de Neckar heeft Stuttgart weinig imposante kerken of romantische gebouwen, maar staat het vooral bekend door zijn kunst in de Staatsgalerie en de vele bedrijven waar men pionierde in allerlei opzichten. Wist je dat de naam Stuttgart is afgeleid van ‘Stuotengarten’? Dat is herleid van de stoeterij die de plaatselijke hertogen in de tiende eeuw opzetten en nog steeds het symbool van de stad hebben behouden. Stuttgart werd een aantal eeuwen later zelfs de hoofdstad van het Koninkrijk Württemberg. Dit koninklijke verleden van de stad kun je vooral terugvinden in het Altes Schloss waar een Landesmuseum in is gevestigd. Toch valt dat in het niet met het Neues Schloss waar nu vooral overheidsdiensten in te vinden zijn. Ga zeker eens even langs want de pleinen rondom de sloten zijn waanzinnig mooi.
Het Zwabische Stuttgart wordt omringd door beboste hellingen die je het beste kan zien vanuit de eerste Duitse tv-mast, de Fernsehturm. Je kunt gemakkelijk vanuit het drukkere centrum zo over de Neckar wandelen en langs de oevers en de vele publieke parken struinen. Voor de autoliefhebbers zijn er het Mercedes-Benz en Porsche Museum. Waarom? De beste man Daimler was degene die voor het eerst de verbrandingsmotor patenteerde waardoor zijn belangrijke uitvindingen vooral in Stuttgart te bewonderen zijn.
Nadat we Stuttgart hebben verlaten, komen we in de laatste grote stad aan de Neckar aan: Het middeleeuwse stadje Tübingen. De rivier de Neckar wordt hier door een kunstmatig eilandje verdeeld waarop verschillende treurwilgen en platanen staan. Het is een heel romantisch gezicht vanaf hier, dus ga er ook zeker met je liefje naartoe. Op de twee centrale pleinen van de stad, de Holzmarkt en de Marktplatz, is er altijd wel wat te beleven. Je kunt hier de Stiftskirche bezoeken en de toren van Tübingen beklimmen. Wist je dat er zelfs een gevangenis speciaal voor studenten is gebouwd in de Studentenkarzer? Wat een gruwelijke universiteit is het eigenlijk.
Als je Tübingen verlaat, kom je binnen vijf minuten alweer in de groene omgeving terecht waar je mensen ziet roeien en de schaapjes ziet grazen. Langs prachtige en typische Duitse dorpjes komen we uiteindelijk bij de bron van de Neckar aan en kun je je rondreis langs de Neckar afsluiten met een heerlijke plons in het ijskoude bronwater. We hebben nu een aantal mooie plekken langs de Neckar bezocht, maar je kunt altijd nog meer verkennen door de Neckertalradweg te volgen. Dit is een gigantisch lang fietspad dat je vanaf de bron van de Neckar in Moos am Rande en brengt je zo’n 420 kilometer richting de samenvloeiing met de Rijn in Mannheim. Ik prefereer een roadtrip met de auto, maar ik ben een man van de alternatieven. Je zult er met de fiets in ieder geval nóg meer van de prachtige omgeving genieten dan via de autowegen. Ben jij van plan om de Neckar te bezoeken en al zijn prachtige bestemmingen aan de oever? En vergeet dan ook niet het Stuttgart Canstatter Wasen mee te pakken! Een aanrader – althans een herinnering om nooit te vergeten.