Al vanuit het vliegtuigraampje zag ik drie weken geleden hoe mooi het Balearische eiland Mallorca was. Je vliegt zo over de gigantische bergen van het eiland en landt vervolgens niet ver van de hoofdstad van Mallorca: Palma. Vanuit hier kun je voor maar liefst vijf euro de bus pakken richting het centrum van Palma of andere bestemmingen op het grootste eiland van de Balearen. Onze vakantie op Mallorca begint hier. Lees je mee?
Dit is het derde Balearische eiland dat ik aandoe, een jaar na mijn vakantie naar Ibiza en Formentera in de zomer van 2021. Mallorca is het grootste eiland van de Balearen en ligt op maar een half uurtje vliegen van Barcelona. Vanuit Nederland en België duurt het iets langer dan twee uur. Op het eiland vliegen is ook het gemakkelijkst, want de boot doet er zo’n 6 uur over vanuit Barcelona. Bovendien is het vliegveld van Palma één van de drukste vliegvelden van Spanje, dus gemakkelijk geraak je er zeker.
De Balearische eilanden zijn sinds 1983 een eigen autonome regio binnen Spanje en dat merk je ook snel aan de cultuur op de eilanden: Er wordt een andere vorm van het Catalaans gesproken, je voelt Spaanse cultuur gemixt met een eiland-vibe én je hebt honderden stranden tot je beschikking. Vanuit de berg Puig Major kijk je zo over het eiland van Mallorca en in de enorme grottenstelsels van het eiland kun je zo nodig het avontuur opzoeken. In dit blog gaan we een aantal hoogtepunten van het eiland af die mij, in ieder geval, hebben geënthousiasmeerd. En dan merken we al snel dat Mallorca een eiland dat meer is dan alleen Duitsers, zon, zee en saufen.
Palma de Mallorca
Als hoofdstad van het eiland, en waar ongeveer de helft van de 800.000 ‘Majorcanen’ wonen, kun je hier fantastisch winkelen, uitgaan en uit eten. De stad werd in het jaar 123 voor Christus door de Romeinen gesticht, waardoor je veel Romeinse invloeden kunt terugzien in de gebouwen van de stad. Ook de Vandalen, Byzantijnen en Moren hebben Mallorca enige tijd veroverd, voordat de Spanjaarden het eiland permanent begonnen te bewonen. Van 1231 tot 1715 was Palma zelfs de hoofdstad van het Koninkrijk Mallorca (afwisselend met het Zuid-Franse Perpignan).
Tegenwoordig wordt Mallorca echter ‘gekoloniseerd’ door Britten en Duitsers. Tijdens mijn wandeling vanuit Palma de Mallorca richting El Arenal, een (Duitse) badplaats in het zuidoosten van de baai, kwam ik daarom ook veel typisch Duitse tenten tegen en speciaal voor Duits gemaakte toeristentreintjes. Leutig! Voor de Britten is het badplaatsje Magaluf heel bekend. Als je dus, buiten Palma de Mallorca, goed wilt feesten, moet je echt deze badplaatsen bezoeken.
Terug naar Palma, want hier staat toch wel het mooiste gebouw van het hele eiland: De La Seu kathedraal. De kathedraal is boven op een moskee gebouwd, waardoor het naar het oosten is gericht (naar Mekka). Een wandeling rondom de kathedraal is al een uitje op zich. Rondom de kathedraal rijden paardenkoetsen het historische centrum in en ontdek je op de voet de verborgen ruimtes die het 13e-eeuwse monument rijk is. Ook het Paleis van Almudaina is een prachtige eyecatcher tijdens je bezoek aan Palma. De stad stikt verder van de zomerse pleintjes waar je lekker kunt eten, drinken, winkelen, meedansen met een groep ouderen die de castagnetten bespelen of eens lekker uitrusten. Alles is mogelijk in Palma.
Toen ik na vier dagen was uitgekeken op Palma en El Arenal besloot ik om mezelf te trakteren op twee hotelovernachtingen in Cala Major. Dit is een badplaatsje iets ten westen van Palma de Mallorca. Vanuit hier kun je een mooie wandeling maken langs de hele kust, tot aan de ‘Britse’ stad Magaluf. Ik vond het hier vooral leuk dat je op verschillende baaitjes met stranden stuit, afgewisseld met mooie woonwijken en natuurgebieden. Het is er rustig en je kunt er zeker even uitbrakken nadat je te veel hebt gedronken in Palma de Mallorca of de andere zuipdorpjes.
Vanuit Cala Major en Palma de Mallorca raad ik je daarnaast aan om het Kasteel van Bellver te ontdekken. Zeker met de zon op je bol was dit me toch een pittige wandeling. Het gotische kasteel ligt zón drie kilometer van Palma af en werd in de veertiende eeuw gebouwd voor Koning Jaume II van Mallorca. Het is één van de weinige kastelen in Europa dat in een cirkelvorm is gebouwd. Nadat het kasteel als residentie van de koning werd gebruikt, is het twee eeuwen lang een militaire gevangenis geweest. Tegenwoordig is het een historisch museum. Vanaf het platform rondom het kasteel heb je een spectaculair uitzicht op de omgeving.
Soller
Het tweede hoogtepunt dat ik jullie aan wil raden is het authentieke stadje van Sóller. Dit staat vooral bekend van het historische treintje dat je vanuit Palma naar Sóller brengt. Er zijn natuurlijk snellere manieren om van A naar B te reizen, maar het is heel leuk om 27 kilometer lang dwars door het berggebied van Mallorca te reizen. Vanuit Sóller kun je er ook voor kiezen om je nog verder te laten brengen naar Port de Sóller. Neem in ieder geval je camera mee, want het uitzicht is waanzinnig.
Wat ik je in deze omgeving ook aanraad, is een wandeling door het natuurpark van Serra de Tramuntana. Dit is een ruige bergketen dat zelfs op de UNESCO-werelderfgoedlijst staat. Je voelt je hier een echte avonturier. Ik ben van plan om dit zeker de volgende keer in Mallorca te ontdekken, maar ik had deze keer helaas geen auto. Dus bij deze een tip: Huur een auto als je Mallorca écht wilt ontdekken.
Alcúdia
Alcúdia is een levendige badplaats in het noorden van het eiland. Hier liggen een aantal van de mooiste Mallorcaanse stranden, zoals Playa de Muro en andere stranden in de Baai van Alcúdia. Het bruist van de mensen in het oude centrum can Alcúdia en het nachtleven is ook hier zeker niet te min.
Ik raad je aan om een wandeling of autorit te maken naar Cap de Formentor. Het wordt beweerd dat dit het mooiste uitzicht van het hele eiland heeft. Je kunt onderweg naar de vuurtoren van Cap de Formentor nog even stoppen bij Cap dés Pinar. Vanuit de twee uitzichtpunten heb je een prachtig uitzicht op de helderblauwe zee die zich perfect contrasteert met de grijze rotsen van het eiland. In de directe omgeving van Alcúdia kun je verder nog veel wateractiviteiten (wakeboarden en zeilen) ondernemen. Het is dat ik niet de grootste dierenliefhebber ben, anders was ik wel bij Ranxo Ses Roques in Pollenca geweest om een gave paardenrit door de prachtige natuur te maken. Dit stadje stamt uit de 16e eeuw en staat vooral bekend om de 365 traptreden die leiden naar een mokerschattig kerkje. Het is dus ook nog goed voor de billen!
Na mijn bezoek aan Mallorca wil ik dubbel en dwars terugkomen om het eiland verder te ontdekken mét auto. Ik ben benieuwd wat het eiland nog meer voor me in petto heeft. Vanuit Alcúdia is het een droom van me om een ferry te pakken richting het eilandbroertje Menorca, want ik zie altijd zo’n waanzinnige foto’s op sociale media. Vergeet ook niet de blogs over Ibiza en Formentera te lezen. Naast Mallorca zijn dit ook Balearische paradijzen op nog geen twee uur afstand.
